(gepubliceerd in de tijdschriften van Reflexion Medical Network)
Op 4 december besliste het verzekeringscomité om de verplichting tot elektronisch voorschrijven uit te stellen tot juni 2018 en artsen met een leeftijd van 62 jaar en ouder vrij te stellen van de verplichting. Waarom?
De beslissing tot uitstel is te begrijpen. Prof. Annemans citerend: “eHealth moet perfect zijn”. Laat ons hopen dat men er in slaagt om tegen juni ‘18 alle problemen op te lossen. Nog 170 dagen te gaan.
Moeilijker is het om te begrijpen dat artsen die 62 jaar jong zijn of iets minder jong, vrijgesteld zijn van de verplichting tot elektronisch voorschrijven. Ik hoor en lees 2 argumenten. De verplichting EMD die pas binnen enkele jaren ingaat en het protest op de werkvloer. Voor beide argumenten is het moeilijk om de link te maken met de leeftijd van 62 jaar.
Er zijn echter wel enkele bedenkingen en vragen die opborrelen bij deze beslissing.
Sinds 2012 is de thuisverpleging verplicht om elektronisch te factureren. Er is hierbij geen sprake van de leeftijd van 62 als plafond voor de verplichting.
Het beleid is gestoeld op evidence base. Dit doet vermoeden dat nu wetenschappelijk aangetoond is dat een 62-jarige niet in staat is om met ICT om te gaan.
De pensioenleeftijd wordt geleidelijk opgetrokken naar 67 jaar. Er zal dus een oplossing dienen gezocht te worden voor alle werknemers van 62 of ouder die voor hun taken een PC moeten gebruiken.
Op het terrein wordt vaak aan ouderen aangeleerd om sociale media te gebruiken om zo contact te houden met vrienden en familie. Dit wordt gezien als een belangrijk element in de strijd tegen vereenzaming en isolement. Dit gaat vaak gepaard met lange en geduldige opbouw. Deze beslissing riskeert contraproductief te zijn naar het overtuigingsproces toe. “Waarom moet ik dat kunnen, als mijn arts het niet moet kunnen?"
De opzet van het actieplan eGezondheid is administratieve vereenvoudiging en verhoging van de kwaliteit van de zorg voor de patiënt. Het elektronisch voorschrijven is maar een klein radertje in dat plan, maar wel een essentiële stap. Meer nog, het actieplan eGezondheid is slechts een detail in het geheel van de digitale gezondheidszorg. Heeft een patiënt van een arts, minder jong dan 61, geen recht op de vooruitgang, die de digitale gezondheidszorg oplevert?
Het uitstel voor de verplichting van het EMD is er gekomen om artsen met veel dossiers de tijd te geven hun dossiers digitaal te maken. Het was niet de bedoeling om hen uitstel te geven tot de aankoop van een EMD. Dit nu gebruiken als argument dat minder jonge artsen geen EMD moeten hebben en dus niet elektronisch moeten voorschrijven lijkt in te gaan tegen de geest van het akkoord van 2015.
Als mijn boekhouder minder jong is dan 61, mag ik dan mijn btw-aangifte op papier indienen, wordt dit vanaf nu als een valabele argumentatie aanzien door de fiscus?
Een ander veel gebruikt en niet onbelangrijk argument dat we niet uit het oog mogen verliezen is dat toen deze artsen studeerden er nog geen sprake was van informatica.
Los van het feit dat dit voor de “67-“ artsen niet waar is, is er een sterk vermoeden dat er toch nog enkele andere aspecten van het artsenberoep zijn die nog niet bestonden in 1980 en die artsen van 61+ toch wel kennen en toepassen.
We kunnen ons afvragen of er maatschappelijke draagkracht is voor deze toch wel vreemde beslissing. De arts wordt door de patiënt, terecht, gezien als een geleerd en intelligent persoon. Met een penetratiegraad van meer dan 90% in de Belgische huishoudens van PC, laptop, tablet, smartphone is het vreemd dat juist de intelligentsia en vertrouwenspersonen bij uitstek niet in staat zouden zijn om elektronisch voor te schrijven.
Ik ben benieuwd of ik binnen 950 dagen plots een onweerstaanbare drang zal voelen om vanaf dan mijn vrije tribunes met Oost-Indische inkt en een kalligrafie-pen te schrijven.
Op 4 december besliste het verzekeringscomité om de verplichting tot elektronisch voorschrijven uit te stellen tot juni 2018 en artsen met een leeftijd van 62 jaar en ouder vrij te stellen van de verplichting. Waarom?
De beslissing tot uitstel is te begrijpen. Prof. Annemans citerend: “eHealth moet perfect zijn”. Laat ons hopen dat men er in slaagt om tegen juni ‘18 alle problemen op te lossen. Nog 170 dagen te gaan.
Moeilijker is het om te begrijpen dat artsen die 62 jaar jong zijn of iets minder jong, vrijgesteld zijn van de verplichting tot elektronisch voorschrijven. Ik hoor en lees 2 argumenten. De verplichting EMD die pas binnen enkele jaren ingaat en het protest op de werkvloer. Voor beide argumenten is het moeilijk om de link te maken met de leeftijd van 62 jaar.
Er zijn echter wel enkele bedenkingen en vragen die opborrelen bij deze beslissing.
Sinds 2012 is de thuisverpleging verplicht om elektronisch te factureren. Er is hierbij geen sprake van de leeftijd van 62 als plafond voor de verplichting.
Het beleid is gestoeld op evidence base. Dit doet vermoeden dat nu wetenschappelijk aangetoond is dat een 62-jarige niet in staat is om met ICT om te gaan.
De pensioenleeftijd wordt geleidelijk opgetrokken naar 67 jaar. Er zal dus een oplossing dienen gezocht te worden voor alle werknemers van 62 of ouder die voor hun taken een PC moeten gebruiken.
Op het terrein wordt vaak aan ouderen aangeleerd om sociale media te gebruiken om zo contact te houden met vrienden en familie. Dit wordt gezien als een belangrijk element in de strijd tegen vereenzaming en isolement. Dit gaat vaak gepaard met lange en geduldige opbouw. Deze beslissing riskeert contraproductief te zijn naar het overtuigingsproces toe. “Waarom moet ik dat kunnen, als mijn arts het niet moet kunnen?"
De opzet van het actieplan eGezondheid is administratieve vereenvoudiging en verhoging van de kwaliteit van de zorg voor de patiënt. Het elektronisch voorschrijven is maar een klein radertje in dat plan, maar wel een essentiële stap. Meer nog, het actieplan eGezondheid is slechts een detail in het geheel van de digitale gezondheidszorg. Heeft een patiënt van een arts, minder jong dan 61, geen recht op de vooruitgang, die de digitale gezondheidszorg oplevert?
Het uitstel voor de verplichting van het EMD is er gekomen om artsen met veel dossiers de tijd te geven hun dossiers digitaal te maken. Het was niet de bedoeling om hen uitstel te geven tot de aankoop van een EMD. Dit nu gebruiken als argument dat minder jonge artsen geen EMD moeten hebben en dus niet elektronisch moeten voorschrijven lijkt in te gaan tegen de geest van het akkoord van 2015.
Als mijn boekhouder minder jong is dan 61, mag ik dan mijn btw-aangifte op papier indienen, wordt dit vanaf nu als een valabele argumentatie aanzien door de fiscus?
Een ander veel gebruikt en niet onbelangrijk argument dat we niet uit het oog mogen verliezen is dat toen deze artsen studeerden er nog geen sprake was van informatica.
Los van het feit dat dit voor de “67-“ artsen niet waar is, is er een sterk vermoeden dat er toch nog enkele andere aspecten van het artsenberoep zijn die nog niet bestonden in 1980 en die artsen van 61+ toch wel kennen en toepassen.
We kunnen ons afvragen of er maatschappelijke draagkracht is voor deze toch wel vreemde beslissing. De arts wordt door de patiënt, terecht, gezien als een geleerd en intelligent persoon. Met een penetratiegraad van meer dan 90% in de Belgische huishoudens van PC, laptop, tablet, smartphone is het vreemd dat juist de intelligentsia en vertrouwenspersonen bij uitstek niet in staat zouden zijn om elektronisch voor te schrijven.
Ik ben benieuwd of ik binnen 950 dagen plots een onweerstaanbare drang zal voelen om vanaf dan mijn vrije tribunes met Oost-Indische inkt en een kalligrafie-pen te schrijven.